'Glorious doc about pioneering trans composer' The Guardian
dir. Posy Dixon, UK 2020, 70min.
Beverly Glenn-Copeland was geobsedeerd door sciencefiction en leefde erg geïsoleerd toen ze in 1986 ‘Keyboard Fantasies’ uitbracht. Opgenomen in haar thuisstudio, bevatte de cassette zeven tracks vol merkwaardige, hybride folk-electronica, een geluid dat zijn tijd ver vooruit was.
Drie decennia later begon de muzikant - nu Glenn Copeland - e-mails te ontvangen van mensen over de hele wereld waarin ze hem bedankten voor de muziek die ze hadden ontdekt. Met dank aan een Japanse platenverzamelaar, een heruitgave van ‘Keyboard Fantasies’ en name dropping door onder andere Four Tet en Caribou, had de muziek eindelijk zijn publiek gevonden, twee generaties verder.
In ‘Keyboard Fantasies: The Beverly Glenn-Copeland Story’ brengt de hoofdrolspeler zijn leven en muziek voor het eerst op het witte doek - een intiem ‘coming of age’-verhaal dat de pijn en het en het lijden van vooroordelen omzet in ritme, hoop en vreugde.